De Vikingen

 

Na Sagalassos, de Etrusken, nu de Vikingen

 

De leden van het SF-café doen ook nog iets anders dan op café zitten. Jaarlijks maken we een of twee uitstapjes om een tentoonstelling te bezoeken. Dit jaar trokken we met zijn vieren op zondag 7 december naar Tongeren. Ludwine, Rosette, Johann en ik waren van de partij. In 2012 zagen we in het Gallo-Romeins Museum in Tongeren de tentoonstelling 'Sagalassos. City of Dreams'. Vorig jaar bezochten we er de expositie over de 'Etrusken'. Dit najaar is er de tentoonstelling 'Vikingen!'.

 

Eerst genoten we van het middageten in brasserie 'Bazilik' op een boogscheut van de Basiliek van Tongeren. Johann en Rosette hadden het restaurant gekozen en het bleek een uitstekende keuze te zijn. Tijdens het eten konden we wat bijpraten. Ludwine zou in Brussel 'Rubens en zijn Erfenis' in het Paleis voor Schone Kunsten willen zien. Rosette vroeg of iemand al naar 'Lascaux' in het Jubelpark geweest was. Ludwine heeft op reis in Frankrijk de grot van Lascaux (nu ja, de replica) bezocht. Ik heb die grot spijtig genoeg nog niet bezocht. Wel heb ik de tentoonstelling in Brussel al gezien en kon ik er een kort verslag over uitbrengen. Toevallig reisde ik vorige maand in Noord-Spanje. Daar bezocht ik Altamira (jawel, ook een replica) en de grot 'La Cueva de El Pendo' (de originele) waar ook prehistorische rotskunst te bewonderen valt. Ook Johann en Rosette hebben hun grot-ervaring. Zij bezochten in Turkije de 'Grot van de Zevenslapers' in Efeze. De legende van de Zevenslapers heeft voor mij een bijzondere betekenis, want ooit woonde ik in de Zevenslapersstraat, neen, niet in Turkije, maar in Leuven. Ooit zochten zeven Christelijke pelgrims beschutting in een grot. Hun aanvallers rolden een steen voor de ingang, zodat de zeven man opgesloten zaten. De pelgrims vielen in slaap, een diepe slaap, een slaap van liefst tweehonderd jaar. Toen een herder na al die tijd toevallig in de grot belandde, ontwaakten ze. De pelgrims dachten dat er maar een enkele nacht voorbij was gegaan. Het gevaar was geweken en zij werden door de omwonenden als heiligen beschouwd.

 

Op Viking gaan

 

De tentoonstelling was – zoals steeds in het Gallo-Romeins museum – heel pedagogisch opgevat. Toen de huidige tentoonstelling werd aangekondigd, beloofde het museum “het traditionele beeld van de woeste krijgers die de Noormannen waren, te doorprikken.” En de curator benadrukt dat de Vikingen niet dat ruwe volkje zijn, dat plunderend en brandschattend door Europa trok. Toch kwam die boodschap me tijdens het bezoek niet overtuigend over. Natuurlijk waren er boeren en handelaars, natuurlijk ligt er slechts een beperkt aantal wapens in de tentoonstellingskasten. Maar heel wat bijschriften spreken over de wapens en de oorlogen. Er hangt een poster met een lange lijst  steden en kloosters die door de Vikings overvallen werden. Ierland, Engeland, Frankrijk, de Lage Landen, neen niemand was veilig voor de Vikingen. In 891 werd Maastricht geplunderd. Bij Leuven konden de Franken de Vikingen in de Slag bij Leuven verslaan zodat onze streken voortaan veilig waren, althans voor de Vikingen.

 

Zelf noemden de Vikingen zich niet Viking en ook niet Noorman. “Op Viking gaan” was een uitdrukking, die zoveel betekende als “Oorlog voeren of handel voeren”. Oorlog verschijnt weeral in beeld! Hun maatschappij bestond uit een elite, vrije en onvrije mensen. Die laatsten waren de slaven. Verder komt de Noorse godenwereld ruim aan bod. Tussen de achtste en de twaalfde eeuw geraakte Scandinavië langzaamaan gechristianiseerd. De runenstenen dragen dan Christelijke opschriften en symbolen.

 

De tentoonstelling bestaat voornamelijk uit kleine voorwerpen. Uit de prachtige sieraden, wapens en gereedschap blijkt hun hoge waardering voor de smeedkunst en de edelsmeden. De Vikingen stellen hun goden als ambachtslui voor. De enkele grote objecten zijn runenstenen, die helaas in het halfduister staan. Haast alle voorwerpen liggen trouwens in het donker. Gelukkig waren de teksten wel goed leesbaar en stond er een foto van de meeste objecten bij. Daarom besteedde ik vaak meer aandacht aan het bijschrift met de kleine foto's, dan aan de geëxposeerde artefacten zelf. Daarvoor kom je natuurlijk niet naar een tentoonstelling!

 

Zondag 7 december bleek achteraf een wat ongelukkig gekozen dag te zijn. 's Avonds om tien uur begon immers een zoveelste treinstaking. Omdat Ludwine nog terug naar Deinze moest, vonden we het raadzamer om vanuit het station van Genk terug te keren. Johann speelde chauffeur. Eerst nog een drankje bij de nabespreking. Snel nog een broodje voor onderweg. Uiteindelijk geraakte iedereen vlot thuis, zij het in een overvolle trein met Limburgse studenten en hier en daar een spurtje om de laatste verbinding te halen. Ludwine en ik hoorden zelfs bij de gelukkigen die nog een zitplaats in de wagon konden bemachtigen.

 

VIKINGEN!

tot maart 2015

Gallo-Romeins Museum, Kielenstraat 15, Tongeren

 

Meer info:

www.gallo-romeinsmuseum.be

 

Frank Beckers